Lage rente blijft een risico voor het pensioen
Rolf Blankemeijer
Op verzoek van de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid hebben CPB en Netspar een onderzoek uitgevoerd naar de gevolgen van lage rente en rendementen voor het Nederlandse pensioenstelsel. De lage rente zal volgens de onderzoekers ook een negatief effect hebben op de pensioenen in het nieuwe pensioenstelsel.
Onderzoek in kader van nieuwe pensioenstelsel
De netwerkorganisatie Netspar en CPB hebben op verzoek van de Minister van Sociale Zaken een onderzoek gedaan naar de gevolgen van een langdurige lage rente op het nieuwe pensioenstelsel. De aanleiding voor het onderzoek is de introductie van het nieuwe pensioenstelsel in 2026. De aanvullende pensioenregelingen gaan met het nieuwe pensioenstelsel voortaan uit van het tijdens de loopbaan opgebouwde pensioenkapitaal in plaats van de toegezegde uitkeringsrechten. Het huidig gebruik van de rekenrente om de pensioentoezeggingen te bepalen verdwijnt dus met het nieuwe pensioenstelsel. Dat lijkt gezien de huidige problemen heel goed nieuws. De vraag is echter of als de huidige rekenrente verdwenen is ook het effect van de dalende rente op de pensioenuitkeringen verdwenen is.
Financiële verwachtingen
Het pensioen van de toekomst blijft nog steeds afhankelijk van behaalde financiële rendementen. De onderzoekers hebben bij hun onderzoek als uitgangspunt genomen dat de rendementen op het gespaarde pensioenkapitaal in de toekomst laag zullen blijven. De rente op overheidsobligaties is flink gedaald en de financiële markten verwachten dat gezien onder meer het beleid van de centrale banken, die lagere rente nog een tijd aanhoudt. Pensioenfondsen beleggen een aanzienlijk deel van hun vermogen in obligaties en het rendement op dergelijke beleggingen zal dus beperkt blijven. Het rendement op aandelen en overige beleggingen blijft lastig te voorspellen.
Gezien de huidige economische ontwikkelingen en verwachtingen voor de nabije toekomst is er geen reden om nu aan te nemen dat die beleggingen binnen afzienbare tijd sterk zullen gaan stijgen. Enige voorzichtigheid bij het inschatten van de toekomstige rendementen is daarom geboden. Langdurig lage rendementen hebben een cumulerend effect. De in een jaar behaalde rendementen worden immers weer belegd en behalen op hun beurt ook weer financieel rendement. Dit rendement- op-rendement effect betekent dat hoe langer de periode is dat er een goed rendement op de beleggingen wordt gehaald, hoe hoger het uiteindelijke pensioenkapitaal wordt. Langdurige periodes van beperkte rendementen hebben dus een extra negatieve invloed op het uiteindelijk behaalde rendement.
Effecten
De weinig rooskleurige financiële vooruitzichten zetten een domper op de positieve verwachtingen van het nieuwe pensioenstelsel. Het idee was dat het nieuwe pensioenstelsel meer afhankelijk wordt van de financiële rendementen in plaats van de dalende rente. Of deze zonnige kijk op de toekomst ook werkelijkheid gaat worden is dus volgens de onderzoekers nog maar zeer de vraag.
De onderzoekers schrijven dat de verwachte situatie van langdurige lage beleggingsrendementen voor met name de huidige generatie van jongeren betekent dat zij gedurende hun hele levensloop minder te besteden gaan hebben. De huidige generatie ouderen die in de economisch gunstiger jaren over een lange periode pensioen hebben opgebouwd en in een voordeliger tijd huizen hebben gekocht, hebben inmiddels al veel vermogen opgebouwd. Deze generatie heeft daarom gemiddeld minder last van een daling van het rendement.
Oplossingsrichtingen
Volgens de onderzoekers van Netspar en CPB hoort bij een langdurig laag rendement een serieuze nieuwe afweging tussen pensioenambitie en de daarvoor benodigde besparingen en premies. Pensioen wordt duurder en dat betekent dat de pensioenpremies omhoog moeten om het gemis aan voldoende rendement te compenseren. Een voor de hand liggend alternatief is dat de toekomstige generaties genoegen moeten nemen met een lagere pensioenuitkering.
Een andere door de onderzoekers naar voren gebrachte oplossing is om meer te investeren in het menselijk kapitaal (onderwijs, duurzame inzetbaarheid) of om langer door te werken. Mensen hebben dan langer de tijd om wat extra opzij te leggen voor de periode na hun pensioendatum.
De onderzoekers geven ook als mogelijke oplossing de introductie van een extra aanvullend inkomen in de vorm van notional defined contributon (NDC) pensioen. Deze regeling is niet gebaseerd op het kapitaaldekkingsstelsel zoals bij de huidige aanvullende pensioenregeling maar gaat uit van het omslagstelsel zoals voor de AOW wordt toegepast. Als sparen voor pensioen door de lage rendementen financieel weinig aantrekkelijk is, wordt de toepassing van een omslagstelsel zeker aantrekkelijker. De onderzoekers stellen daarbij dat een NDC geen antwoord biedt op lage rendementen, maar kan dat een dergelijke regeling wel de effecten voor de huidige jonge generaties kan verzachten.
Bij een omslagfinanciering is het mogelijk om de pensioenen te koppelen aan de loonontwikkeling zodat pensioenen welvaartsvast worden. De te betalen premies als percentage van het inkomen stijgen immers mee met de ontwikkeling van het inkomen waardoor hogere uitkeringen in principe mogelijk worden. Door te delen in de loonrisico’s van werkenden dragen welvaartsvaste pensioenen op omslagbasis ook bij aan solidariteit tussen generaties. Een stijging van de lonen van werkenden leidt immers tot een stijging van de uitkeringen van gepensioneerden. Hiermee is het effect van de geluks- en pechgeneraties bij de huidige kapitaal gedekte pensioenregelingen ook voor een deel opgelost.
De onderzoekers wijzen wel op het grote risico dat omslagfinanciering via de overheid kwetsbaar is voor politieke risico’s. De overheid bepaalt immers jaarlijks de hoogte van premies en de uitkeringen. Die overheid zou op enig moment in de verleiding kunnen komen om haar burgers gunstig te stemmen door premies te verlagen en/of de uitkeringen voor de pensioenvoorziening te verhogen. De uiteindelijke rekening hiervoor kan in een omslagstelsel makkelijk naar de toekomst worden geschoven.
Bron: Netspar Brief 20: Houdbaarheid pensioenen bij lage rente, Netspar Brief 20 - augustus 2020